Werken met kinderen
Met kinderen wordt heel anders gewerkt dan met volwassenen.
Hoe er wordt gewerkt is afhankelijk van de leeftijdscategorie en van hoe het kind is.
Het ene kind is misschien verder in zijn sociaal- emotionele of cognitieve ontwikkeling dan een ander kind van dezelfde leeftijd. Kinderen hebben ook een andere belevingswereld dan volwassenen.
Vanaf de conceptie, het ontstaan van een individu, is er een bewustzijn aanwezig. Bij baby’s en kleine kinderen zijn de cognitieve filters nog niet ontwikkeld. De cognitieve filters zorgen voor het onderscheidingsvermogen, het kunnen relativeren en het oorzaak-gevolg overzicht.
Pas vanaf het moment dat een kind het onderscheid kan maken tussen ‘ik ben ik – en jij bent jij’, ontwikkelen deze filters zich. Dit is pas volgroeid wanneer de frontale kwab in de hersenen is volgroeid, tussen het 25 ste en 30 ste levensjaar.
Hierdoor komt het dat kinderen vaak alles letterlijk nemen wat wordt gezegd. Maar ook alle gevoelens, emoties en zelfs gedachten vanuit anderen uit de omgeving kunnen bij een kind binnen komen. Het kind kan niet onderscheiden dat dit niet van hem of haar is en neemt dit in zijn systeem op als zijnde ‘eigen’, van hem of haar zelf.
Kinderen hebben hun eigen unieke manier om te laten zien wat er aan de hand is. Vaak gebeurd dit op symbolische wijze. Dit kan door middel van spel, tekenen, creatief werken etc., alles wat bij het kind past. Hierbij wordt het zelf oplossend vermogen gestimuleerd waardoor het kind weer beter in zijn of haar eigen energie komt en er verandering kan plaats vinden. Bij kinderen gaan de processen vaak sneller dan bij volwassenen, dus zal de duur van de therapie korter zijn.
Bij baby’s en peuters wordt er altijd met de ouder(s) samen gewerkt. Er wordt duidelijkheid verkregen in de situatie wat wordt vertaald naar het kind en wat het kind laat zien wordt vertaald naar de ouder(s).
Bij oudere kinderen wordt afhankelijk van het kind bekeken of er alleen wordt gewerkt of met de ouder(s) samen.
Pubers en adolescenten zitten in de ontwikkelingsfase waarin zij op zoek zijn naar hun eigen identiteit. Zij worden geconfronteerd met levensvragen en gaan ervaren hoe zij zelf in de wereld staan ten opzichte van anderen. Dit kan soms heel verwarrend zijn. Door middel van gesprekken, tekenen, visualisatieoefeningen, mindmappen etc. wordt inzicht verworven in de situatie. Soms hebben jongeren behoefte aan iemand waar ze hun verhaal bij kwijt kunnen, een vertrouwenspersoon, iemand die naar hun luistert of waar ze hardop mee kunnen brainstormen. Iemand die objectief naar hun luistert en zo ondersteuning kan bieden bij hun verdere ontwikkeling.
Ook bij kinderen kan er sprake zijn van opgelopen Trauma (s). Op geheel eigen wijze, een wijze waarbij het kind centraal staat en wordt gekeken naar wat bij het kind past, wordt het trauma doorgewerkt. De lading wordt er vanaf gehaald en het wordt omgebogen van een onverwerkt trauma naar een verwerkte ervaring.